Er moet, herstel: er gaat iets veranderen in de wetenschap

De manier waarop wetenschappers worden beoordeeld en erkenning krijgen voor hun vele taken, moet op de schop. Dat vinden de veertien Nederlandse universiteiten én aanverwante organisaties (VSNU, NWO, NFU en ZonMw). Want, in de woorden van Rik Van de Walle, Rector Magnificus van de Universiteit Gent: “Het ouderwetse model is nogal een stom model.” Hij was één van de inspirerende sprekers op de conferentie over het anders erkennen en waarderen van wetenschappers op 15 november in Rotterdam. UM-Rector Magnificus Rianne Letschert is één van de kartrekkers van het ‘position paper’ dat de basisprincipes van het ‘nieuwe model’ bevat en dat minister Van Engelshoven in ontvangst nam aan het eind van de conferentie. Letschert: “Ik hoor steeds weer: Dat werd tijd!”

Een wetenschapper kan op vele vlakken succesvol zijn, maar niet voor alle kwaliteiten is evenveel waardering. Onderzoeksprestaties bepalen sinds jaar en dag het carrièrepad van wetenschappers en die dominantie begint steeds meer te schuren. Voor het succes van een moderne kennisinstelling zijn onderwijs en impact immers ook bepalend, net als patiëntenzorg voor de UMC’s. En dan is er de ontwikkeling van Open Access en Open Science, die eveneens andere eisen stelt aan de moderne wetenschapper. Of de groeiende aandacht voor het feit dat wetenschap altijd een teamprestatie is: team science.

Femke Kools, foto's: Rene de Gilde

Conferentie voor 140 betrokkenen

Deze en vele andere aspecten van het transitieproces waarvoor de (Nederlandse) wetenschap staat, stonden centraal in de Rotterdamse Maassilo op 15 november. De conferentie, georganiseerd door de Nederlandse Vereniging van Universiteiten (VSNU) en de European University Association (EUA), bracht zo’n 140 wetenschappers en andere belanghebbenden bijeen. Ook uit Maastricht reisde een kleine delegatie geïnteresseerden af, waaronder Veerle Melotte, Universitair Hoofddocent (UHD) bij Pathologie. Ze won onlangs de Klokhuis Wetenschapsprijs omdat ze haar onderzoek naar darmkanker en het NDRG4-gen in het ‘enterisch brein’ in onze darmen, goed wist te vertalen naar kinderen van 9 tot 12 jaar.

Maareh… hoe meet je deze nieuwe competenties eigenlijk?

“Ik ben hier omdat het me als ‘jonge wetenschapper’ boeit en ik vertegenwoordig het UM-instituut GROW vandaag. Ik vind de uitgangspunten van het positon paper heel bemoedigend en ik sta achter een koerswijziging. Wel vaag ik me af hoe je de nieuwe facetten van academisch werk gaat beoordelen. Ik sta niet achter het huidige systeem, maar het is wel vrij eenduidig als het gaat om het beoordelen van onderzoekskwaliteit.” (tekst gaat verder onder de foto)

Conference venue in Rotterdam

De conferentieruimte in de Maassilo, Rotterdam

Foto: Rene de Gilde, VSNU

Verandering is absoluut nodig

Kim Kuypers is UHD in de psychofarmacologie en als lid van de Universiteitsraad al vrij goed geïnformeerd over het onderwerp. “Er gaat veel veranderen en daarover wil ik vandaag graag uit eerste hand informatie krijgen”, verklaart ze haar aanwezigheid. “Op papier lijk het een grote verandering en dat is echt nodig, want er leeft veel frustratie op de werkvloer over het maken van carrière in de wetenschap. Het model dat rector Van der Walle vanochtend presenteerde, vond ik wat dat betreft heel inspirerend.”

The Ghent Model als inspiratiebron

Rik Van de Walle van de Universiteit Gent maakte de zaal deelgenoot van ‘The Ghent Model’, dat er afgelopen jaar werd ingevoerd. Een model dat draait om vertrouwen, gestoeld op twee componenten: academische vrijheid en verantwoordelijkheid. Iedere academicus wordt eens in de vijf jaar beoordeeld op al diens activiteiten. Er is een portfolio van activiteiten, maar er zijn geen metrische criteria die behaald moeten worden om voor een carrièrestap in aanmerking te kunnen komen. Er is aandacht voor de rol in teamverband. “En als je goed presteert, word je bevorderd, ook als een ander misschien nog beter presteert.”

Er waren nog wel wat vragen

“Kunnen jullie dat wel betalen?”, luidde een vraag uit het publiek. “Jazeker, we hebben begroting voor de komende vijf jaar vastgesteld die uitgaat van het scenario dat iedereen promotie maakt, dus financieel gezien het slechtste scenario. Het is een keuze!”, luidde het antwoord. “Hoe beoordeel je iemands onderwijsprestaties dan?” Van de Walle: “Je moet met de studenten gaan praten en met de onderwijscommissies van opleidingen. Wat is de impact van deze docent op innovatie, bijvoorbeeld?” “U zegt dat u het stressniveau onder academici wilt terugbrengen, maar is dat ook het effect van deze maatregelen?” Van de Walle: “Ik verwacht dat wel, maar we zijn nog te kort  bezig om het effect te kunnen meten.”

En tips waren er ook

Wel had hij nog een paar tips voor een succesvolle implementatie van een dergelijk model. “Communicatie is essentieel in verandermanagement. En dergelijke veranderingen vragen om academisch leiderschap én ambassadeurs op alle niveaus.” Dat is volgens Rianne Letschert, UM-Rector Magnificus en samen met haar collega Frank Baaijens van de TUE kartrekker van het position paper, de grootste meerwaarde van de conferentie. “Op zo’n dag zie je vooral de mensen die geloven in de plannen; niet de grote criticasters. Maar dat is niet erg, want die ‘believers’ raken geïnspireerd om het op de werkvloer ter sprake te gaan brengen, bij hun collega’s én hun leidinggevende. De sector kennende ga je met het mobiliseren van de massa het meeste bereiken.” (tekst gaat verder onder de foto)

Rik Van de Walle

Rector Magnificus Rik Van de Walle over 'The Ghent Model'

Foto: Rene de Gilde, VSNU

En onze positie in het buitenland dan??

Letschert hoopt dan ook dat zoveel mogelijk UM-medewerkers het position paper gaan lezen en er actief mee aan de slag gaan. “Praat erover met je collega’s. En als je vakgroepvoorzitter er geen heil in gaat zien, stap naar je decaan, of naar mij.” Want dat de erkenning en waardering van wetenschappers de komende jaren drastisch gaat veranderen, staat voor haar als een paal boven water. “Mensen vragen soms: wat betekent dat voor onze concurrentiepositie in het buitenland? Maar daar voorzie ik geen negatieve effecten, want we verbieden niet dat je excelleert in onderzoek; dat je publiceert in Science of Nature. We willen alleen dat diegenen die vooral excelleren in onderwijs, of bijvoorbeeld patiëntenzorg, ook de rust ervaren van de wetenschap dat het gewaardeerd wordt en dat promotiekansen voorhanden zijn.”

De minister gaat er ook haar best voor doen

Minister Ingrid van Engelshoven van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap kwam het position paper nog formeel in ontvangst nemen aan het einde van het formele programma. Ze trok de parallel met de eerste stappen op de maan, waarvan vijftig jaar geleden 600 miljoen mensen getuige waren, dankzij de samenwerking van honderden wetenschappers. “Deze nieuwe koers inspireert nieuwe generaties om een wetenschappelijke carrière na te jagen en het is van het grootste belang dat ze dat blijven doen. Het is nodig dat de transitie naar een ander systeem plaatsvindt; een systeem waarin open science de standaard is, diversiteit de norm en waarin de nadruk lukt op samenwerking. Zoals president Kennedy in 1962 zei: ‘We kiezen ervoor naar de maan te gaan, niet omdat het makkelijk is, maar omdat het moeilijk is.’ Ik proef dezelfde sfeer hier vandaag en ik zal er alles aan doen wat ik kan om dit position paper werkelijkheid te maken.”

Lees ook