09 nov
20:00
Studium Generale | Lezing

100 jaar Russische Oktoberrevolutie

In november 1917 greep te midden van de puinhopen van het tsaristische Rusland, dat onder de druk van de wereldoorlog bezweken was, een revolutionaire socialistische partij in Petrograd (Sint Petersburg) de macht. De nieuwe machthebbers waren jonge idealisten die na enkele interventieoorlogen en een apocalyptische burgeroorlog in december 1922 de “Unie van de Socialistische Sovjetrepublieken” konden uitroepen. Pas toen konden zij beginnen met de opbouw van een welvarender maatschappij met meer individuele vrijheid en grotere sociale gelijkheid. De praktijk bleek weerbarstiger. Het experiment ontspoorde en de Sovjetunie werd een afschrikwekkende totalitaire dictatuur, die miljoenen slachtoffers vergde, het land economisch ruïneerde, geen vrijheid toestond en geen gelijkheid tot stand bracht. In december 1991 hief de Sovjetunie zichzelf op.  Wat en waar ging het fout als het al fout ging? Hoe belangrijk was die gebeurtenis van exact 100 jaar geleden voor de Europese geschiedenis en welke invloed heeft die vandaag de dag nog op onze tijd.

Lees ook