We must take indecisive experts very seriously
‘Follow your heart.’ Anyone who faces an important choice, will undoubtedly hear this advice at times. Trust your gut feeling and everything will be all right. However, very often our intuition is wrong. (Dutch only)
“Het probleem is dat we zelden feedback krijgen op onze intuïtieve keuzes. We weten niet hoe het leven eruit zou hebben gezien met huis B, auto B, partner B. Dat leidt tot de illusie dat we de beste keus hebben gemaakt.”
Ongeveer 90 procent – “sommige deskundigen denken zelfs 95 procent” – van de tijd hebben we binnen luttele seconden ons oordeel klaar. Een man met een lading cocaïne in de achterbak die door rood rijdt en zo een ernstig auto-ongeluk veroorzaakt? Die stond natuurlijk stijf van de drugs. Een man met een cadeautje voor zijn bejaarde moeder in de achterbak die door rood rijdt en zo een ernstig auto-ongeluk veroorzaakt? Wat erg dat dat zo’n aardige zoon overkomt, misschien was het stoplicht niet goed te zien.
Systeem 1-denken wordt dit genoemd en het zit al heel jong in ons. “Er is onderzoek gedaan waarin kleine baby’s, die nog niet kunnen praten, een abstracte videoclip te zien krijgen”, vertelt Merckelbach. “Een cirkel met lieve oogjes wil een helling op. Een driehoek geeft hem een duwtje in de rug, maar even later duwt een vierkant hem naar beneden. Vervolgens krijgen de baby’s een stuk speelgoed in de vorm van een driehoek of een vierkant aangeboden. Ze hebben een duidelijke voorkeur voor de aardige driehoek ten opzichte van het vervelende vierkant.”
Je zou denken dat we goed zijn in iets wat we vanaf onze eerste maanden doen, maar nee. Harald Merckelbach noemt in zijn boek talloze voorbeelden van wetenschappelijke onderzoeken en juridische cases waaruit het tegendeel blijkt. Dit alles wordt problematisch als er veel afhangt van iemands vermogen om te schatten of de ander liegt of niet, of de ander goed of fout is. Bijvoorbeeld in een rechtszaak. Dan zouden politieagenten, officieren van justitie, getuige-deskundigen en rechters over moeten stappen op systeem 2-denken: je oordeel nog even opschorten totdat je alle feitelijke informatie hebt en het daarop baseren. “Dat noem ik juridisch talent, als je dat goed kan”, zegt Merckelbach.
De neiging om terug te vallen op systeem 1 is namelijk hardnekkig. “Er is een onderzoek gedaan onder psychologen en psychiaters. Ze krijgen een dossier van een asielzoeker voorgelegd. Hij zegt erge hoofdpijnen te hebben en is nu bang dat hij een hersentumor heeft omdat zijn moeder daaraan is overleden. Maar hij is ook vanwege openbare dronkenschap met justitie in aanraking geweest. Hoe groot is de kans dat deze man de boel flest? De meeste deskundigen achten die kans vrij hoog en blijven dat vinden, ook als later uit onderzoeken blijkt dat de man niet liegt. Ze stellen hun oordeel niet bij, omdat het moeite kost om het anker van het eerste oordeel los te laten.”
Daar komt bij dat systeem 1 zelfs met summiere informatie in werking treedt. “Wanneer je een vingerafdruk door de database haalt, krijg je bij de gevonden matches een naam, geslacht en leeftijd. In een onderzoek moesten vingerafdrukdeskundigen twee matches vergelijken met een vingerafdruk die bij een zedendelict was gevonden. Het ging om kindermisbruik. De ene match was van een middelbare blanke man, de tweede van een jonge Aziatische vrouw.” De deskundigen schoven de vrouw snel opzij als verdachte, een man van middelbare leeftijd past ten slotte veel beter in het beeld van kindermisbruiker. Een snapshotoordeel dat je beeld letterlijk kan vertroebelen. “Ze zagen meer overeenkomsten tussen de gevonden vingerafdruk en die van de man, ook al waren ze er objectief gezien niet.”
Hetzelfde gold voor patholoog-anatomen die een menselijk bot onder ogen kregen met de vraag of er sporen van traumatisch letsel op te zien waren. “De ene groep kreeg te horen dat het bot was gevonden bij een archeologische opgraving, de andere groep dat het uit een massagraf kwam. Van die laatste groep was 60 procent ervan overtuigd dat de natuurlijke inkepingen op het bot veroorzaakt waren door geweld.”
Toch wordt de informatie die deskundigen verstrekken in een rechtszaak vaak blindelings vertrouwd. “Dat komt deels door het beeld wat we hebben van experts: doortastend, stellig en overtuigend. Een soort Sherlock Holmes die aan de hand van de verstrekte informatie de oplossing heeft gededuceerd. Daar komt bij dat deskundigen graag willen helpen, graag met een antwoord komen. Maar een echte expert durft te zeggen dat hij het niet weet. We moeten weifelende deskundigen heel serieus nemen. En juristen zouden ‘ik weet het niet’ niet als non-informatie moeten beschouwen.”
Merckelbach pleit ervoor dat als het gaat om technische zaken als vingerafdrukken, handschriftvergelijken, etc. er gebruik wordt gemaakt van twee deskundigen in een rechtszaak. Eén verzamelt de nodige informatie, de ander geeft volkomen blind zijn of haar oordeel. “Dat is een omslachtige methode van werken, die dus meer tijd en geld kost.”
Wat ook geld kost is de werkdruk op rechters verlagen. Maar het is een belangrijke investering, wie onder (tijds)druk staat, wordt verleid om terug te vallen op systeem 1-denken. “Rechters zijn ook nu zeer bedachtzaam, maar we moeten ze daar wel toe in de gelegenheid blijven stellen. Vaak duurt het lang voordat een zaak voorkomt. Vanwege deadlines en procedures kunnen rechters dan soms niet anders dan vrijspreken. Het aantal vrijspraken is de afgelopen jaren gestegen. Dat creëert een riskante atmosfeer. Criminele entrepreneurs maken een analyse van de pakkans.”
Sinds vorig jaar wordt er 470 miljoen extra uitgetrokken voor justitie en veiligheid. “Maar dat gaat grotendeels op aan terroristenbestrijding, terwijl men veel meer last heeft van alledaagse criminaliteit. We mogen best meer de beurs trekken om regelovertreding af te straffen. Dat bevordert de cohesie in de samenleving.”
Dit artikel is door Cleo Freriks geschreven voor de Observant en overgenomen door Law Blogs Maastricht. Boek: Intuïtie maakt meer kapot dan je lief is, geschreven door Harald Merckelbach, hoogleraar rechtspsychologie.